17th OECD Water Governance Initiative Meeting

Op Prinsjesdag mocht ik in Den Haag een keynote verzorgen voor een internationaal overleg van de OECD Water Governance Initiative. Ik was daarvoor gevraagd door de VNG, om het perspectief van de Nederlandse gemeenten voor het voetlicht te brengen.

Gemeenten zijn in Nederland een beetje een ‘new kid in the block’. We hebben ons watermanagement zo goed belegd bij onze Waterschappen, Provincies en het Rijk, dat gemeenten nauwelijks een rol hadden. We vertrouwden vooral op al het goede werk van onze collega’s, net als de rest van Nederland. We groeiden op in een tijd waarin we de veiligste delta ter wereld hadden gecreëerd.

Nu stelt klimaatverandering ons voor nieuwe opgaven. Er valt te weinig regen waardoor er een watertekort ontstaat, of er valt ineens zoveel regen, dat we problemen van wateroverlast krijgen. Steden zijn hier met name kwetsbaar voor. Dus gemeenten moeten weer aan de slag! Alleen kunnen we nu niet alleen nog vertrouwen op grote technische oplossingen als deltawerken. We zullen ons stedelijk weefsel robuust moeten maken door meer ruimte te maken voor water en groen.

Dat is een ingewikkeld vraagstuk waar we meer voor nodig hebben dan ‘slechts’ onze beste ingenieurs. We moeten naar oplossingen op de vierkante meter en we moeten met veel partijen samenwerken op die vierkante meter.

Maar daar zit ook een sleutel. Steden zijn altijd de plaatsen geweest waar mensen samenkomen om dingen te ondernemen, om kunst te maken, of samen te leren. Innovatie, ‘wisdom of the crowd’ is in een stad altijd dichtbij. We kunnen in een stad een beweging op gang brengen waarbij we elkaar verder helpen. Maar daarvoor moeten we wel nieuwe dingen leren. Het vraagt niet alleen maar engineering skills, maar ook social skills.

De oplossingen van deze tijd zullen altijd dichtbij mensen zijn, ze zullen impact hebben op ons leven. Iets doen met onze gevoelens van veiligheid en zekerheid. Daarmee is de oplossing, hoe technisch misschien ook bedacht, altijd een daad met sociale culturele impact.

Sprankeling?

De problemen waar we vandaag de dag voor staan zijn groot en dan kom ik aanzetten met sprankeling? Is dat niet veel te lichtvoetig voor deze zware tijden?

Toen ik in 2014 wethouder Jeugd werd in Zwolle zag ik mezelf voor een enorme taak staan, die ik nauwelijks kon bevatten. De gemeenten kregen de jeugdhulp en moesten een enorme bezuiniging verwerken. “Van transitie naar transformatie.” was het devies. Ondertussen was er een financiële en economische crisis aan de gang. De gemeente moest bezuinigen en niet een klein beetje ook.

In die tijd heb ik er voor gekozen om heel het netwerk dat betrokken is bij jeugdhulp in de stad bij elkaar te halen voor een innovatietraject met een enorm creatief bureau. We zouden gaan werken aan een toekomstdroom voor de jeugdhulp in Zwolle. Ik kwam daar intern weerstand tegen. “Je moet bezuinigen en jij gaat dromen?” Mijn antwoord was toen dat ik geen flauw idee had hoe we zouden kunnen bezuinigen als niet iedereen dezelfde kant op werkt.

Ik ben daar nog steeds van overtuigd. We gingen het traject met elkaar aan. Het was onwennig, maar goed. We leerden elkaar kennen en vonden gemeenschappelijke waarden en zelfs een droom. Zoals bij veel van dit soort dingen is het traject dat je samen aflegt minstens zo belangrijk als het resultaat. Het dossier van de jeugdhulp is nooit rustig geweest. Achteraf is er veel te makkelijk gedacht over de complexiteit van de taak die naar gemeenten is gegaan. Maar ondanks dat wisten we elkaar in Zwolle wel heel goed te vinden om de goede dingen te gaan doen.

De opgaven van vandaag zijn zo groot dat het je somber kan maken. Wie durft hier nog verantwoordelijkheid voor te dragen? Maar het wordt niet beter als we niet meer durven te leiden. Als we niet meer durven te investeren in goede samenwerking. Het is juist nu van belang dat we richting bepalen, partnerschappen aangaan en goede ideeën krijgen. We moeten elke dag op zoek naar die sprankeling waardoor we durven te geloven dat we een weg omhoog hebben gevonden.

Een nieuw begin

Sprankelend besturen is mijn ambitie. Ik wil dat politiek en bestuur ons inspireren en daadwerkelijk onze wereld beter maken. In mijn politieke en bestuurlijke loopbaan tot nu toe heb ik altijd die sprankeling gezocht.

Met Sprankelend Besturen wil ik doorbouwen aan het openbaar bestuur. Ik ben beschikbaar voor bestuur, voor training en coaching en denk graag mee in complexe vraagstukken.